Door slim schrijven een lange levensduur
De afkorting SSD staat voor Solid State Drive. Het is een razendsnel opslagmedium gebaseerd op flashgeheugen, min of meer vergelijkbaar met flashgeheugen dat je aantreft in bijvoorbeeld een USB-geheugenstick. Of een SD-geheugenkaart die je in je camera of smartphone gebruikt. Een SSD is echter vele malen sneller en geoptimaliseerd voor vele lees- en schrijfacties. Vooral dat laatste is alvast goed om in het achterhoofd te houden. Flashgeheugen kan per fysieke geheugenlocatie maar een relatief beperkt aantal schrijfcycli verwerken, daarna werkt die locatie niet of niet betrouwbaar meer. Een microcontroller op de SSD houdt dat allemaal haarfijn in de gaten. De truc die bij SSD’s gebruikt wordt is: niet steeds schrijven naar dezelfde fysieke locatie. Dan weer eens hier, dan weer eens daar schrijven belast een enkele geheugen’cel’ niet heel erg qua schrijfcycli. En het maakt qua snelheid niets uit of een enkel bestand verdeeld is over bijvoorbeeld tienduizenden geheugencellen: het uitlezen gaat net zo snel als wanneer de gegevens netjes achter elkaar hadden gestaan. Dat is een groot verschil met de traditionele harde schijf: als bestanden té gefragmenteerd raken veroorzaakt dat een duidelijk merkbare vertraging van zowel lees- als schrijfacties. Die reguliere harde schijf moest dan ook met enige regelmaat gedefragmenteerd worden, waarbij van de gatenkaas weer mooie smeerkaas werd gemaakt. Een SSD hoef je niet te defragmenteren. Integendeel zelfs, want door dat te doen zou je een veel te hoge schrijfbelasting voor geheugencellen veroorzaken wat de levensduur verkort!